Hieronder twee verhaaltjes die we allemaal heel mooi vindenJ
Van Maria heb ik een heel leuk kinderboekje gekregen over een kleine grijze poes, die een achtjarig Russisch jongetje gered heeft. Dit prachtige, waar gebeurde verhaal speelde zich af in Rusland... Vroeger werden Christenen daar vervolgd. Onbegrijpelijk dat je mensen om hun geloof vervolgt maar net zo'n waanzin is het natuurlijk om mensen te vervolgen omdat ze niet geloven. En het gebeurt nog elke dag en niet alleen in Rusland.
Het jongetje Ivor woonde met zijn jongere zusje en zijn ouders in een klein dorpje. Op een avond werd er op de deur geklopt en er kwamen een paar norse politiemannen binnen, die zonder enige vorm van uitleg de ouders meenamen. In paniek renden de kinderen naar de buren, maar die waren als de dood als medeplichtig beschouwd te worden en wilden Ivor niet opvangen. Zijn zusje wilden ze wel een paar dagen bijhouden tot ze haar naar een tante konden brengen, die nu weg was, maar hij moest zo gauw mogelijk weg gaan.
Ivor vluchtte naar de vuilnisbelt waar een oude schuur stond. Daar maakte hij een tijdelijk verblijf en toen hij doodmoe op een stapel vodden ging liggen om tenminste wat te kunnen slapen, hoorde hij zachtjes miauwen. Een klein grijs poesje kwam naar hem toe en kroop dicht tegen hem aan. Blijkbaar was ze ook gedumpt en aan mensen gewend, want ze was niet bang. Ivor noemde haar De Grijze.
Er ontstond een diepe liefde tussen die twee en ook een hele mooie samenwerking. Ivor had een oude kachel gevonden, die hij 's nachts wel durfde branden. Niet alleen hadden ze het zo wat warmer, ook konden ze sneeuw smelten en zo aan drinken komen. Maar eten was een probleem. Als de kust veilig was gingen ze samen de vuilbelt op om weggegooid eten te vinden. De kleine poes wees de zakken aan waarin eten zat en Ivor scheurde ze open. Zo konden ze min of meer overleven maar natuurlijk werd Ivor op een goed moment ziek. Rillend lag hij onder zijn oude dekens, hij had hoge koorts en kon geen eten gaan zoeken.
De Grijze wist dat eten van levensbelang is, juist als je koorts hebt. Ze ging alleen op pad en wonder boven wonder vond ze een hele boterham met spek (een ongekende traktatie) en die bracht ze hem. Voor Ivor was dat een teken dat de Here hen beschermde en die gedachte, samen met het eten gaf hem de kracht door te zetten.
Zo zorgden ze voor elkaar. Als de een het bijna opgaf, zorgde de ander ervoor dat die weer moed kreeg. Uiteindelijk werden ze gevonden door een vuilnisman die medelijden met die dappere jongen kreeg en stiekem sympathie voor Christenen voelde. Hij bracht Ivor en De Grijze bij de pastoor, waar ze liefdevol werden opgenomen. Zijn vrouw stopte beiden direct in een warm bad (iets wat de Grijze niet leuk vond) en gaf ze een heerlijke warme maaltijd. Oh wat voelden ze zich heerlijk toen ze voor het eerst weer in een echt bed sliepen en een lekker vol buikje hadden.
Die avond overlegden de Pastoor en zijn vrouw wat ze konden doen. Een tijd geleden had hij de inspecteur van politie een grote dienst bewezen. Zijn oude moeder was doodziek en alleen dankzij de vele gesprekken die ze met de pastoor had gehad over de Here en het Hiernamaals, was ze beter geworden.. Uiteraard gebeurde dat allemaal in het geheim. Maar nu durfde de Pastoor wel een wederdienst aan de inspecteur te vragen.
De dag daarop ging hij naar hem toe en legde het geval uit. Gelukkig waren de ouders van Ivor nog niet berecht en ze bedachten een excuus om hen vrij te krijgen. Ze zouden zogenaamd voor de politie gaan werken als infiltranten. Zo moest het gedaan worden want iedereen controleerde iedereen.
Zo wordt het gezinnetje na een paar dagen weer verenigd. Oh wat waren ze blij. Iedere avond zeiden het volgende gebedje op voor hun kleine grijze oh zo grote poes, de Grijze!
HOOR ONS GEBED HEER, VOOR ALLE DIEREN.
MOGEN ZE GOEDGEVOED, GOED BEHANDELD EN GELUKKIG ZIJN.
BESCHERM HEN TEGEN HONGER, ANGST EN LIJDEN.
EN WE BIDDEN U, HEER, BESCHERM SPECIAAL DE KLEINE KAT
DE KAMERAAD IN ONS HUIS,
BEHOED HAAR WANNEER ZE NAAR BUITEN GAAT
EN BRENG HAAR TERUG OM ONS TE TROOSTEN.
Een Engels boekje dat ik vandaag met de post kreeg is ook zo leuk. Prachtige tekeningen staan er ook in. Het heet: 'Katje the windmill cat.' Het boekje gaat over de St. Elizabeth's vloed die plaatsvond op 5 november 1421. Als je denkt dat onze Ambachtsheerlijkheid op 1492 'geboren' werd, dan is het een hele tijd geledenJ. Er was toen een vreselijke storm en het water brak door de dijken heen. Katje leefde met haar baasje, molenaar Nico, in een klein huisje bij een windmolen. Nico maalde het graan en Katje ving de muizen, die een bedreiging vormden voor de molen en het graan. Nico schepte altijd vol trots tegen zijn vrienden op over haar voortreffelijke vangkunst. Katje was gelukkig daar totdat Nico een vrouw mee naar het huisje bracht. Lena was superschoon op haar huisje en niet dol op dieren, ze vond ze maar vies en al gauw probeerde ze Katje uit hun huisje weg te pesten. Ook al stond Nico erop dat zijn lieve Katje bij hen op bed bleef slapen en in huis bleef wonen. Zo gauw Nico naar de molen was joeg ze Katje met de bezem weg...' kssst ksstttt'. Net zo lang tot Katje maar in de molen bleef wonen. Nico maakte daar een lekker warm plekje, maar hij was wel verdrietig. Hij miste Katje als hij 's avonds thuis was.... Zo af en toe nam hij haar toch mee naar binnen en zo ontdekte Katje dat er ineens een lekker zacht wiegje voor haar stond.
Maar dat viel tegen. Het was voor het kindje dat geboren zou worden en dus helemaal verboden terrein. Op een ochtend lag er een lief klein kindje in en Katje sloop steeds vaker naar het baby'tje dat haar fascineerde... Zij als enige kon het kindje stil krijgen door naast haar te gaan liggen spinnen of gekke kapriolen te maken. Zo ontstond er een hechte vriendschap. Uiteraard probeerde Lena alles te doen om Katje bij haar kindje weg te houden, maar Lena ging wel eens boodschappen doen en 's nachts lukte het Katje toch vaak om lekker bij Anneke te komen liggen...
Die bewuste 5 november ging het steeds harder waaien. Nico was vreselijk ongerust en probeerde alles te stutten. Hij had een roeiboot bij de molen klaarliggen voor het geval dat… maar daar wilde hij niet aan denken. Uiteraard bleef hij in de molen want door de harde wind maalden de stenen zo hard dat er vonken konden wegvliegen en die zouden brand kunnen veroorzaken. Lena bracht haar man eten en op dat moment kon Katje even bij het kindje gaan kijken. Ze was ongerust over het kleintje. Net toen ze op het wiegje sprong braken de dijken en een grote vloedgolf overstroomde het dorpje. Het wiegje met Anneke en Katje werd meegezogen met het woest kolkende water. Ze vlogen de deur door en dreven weg. Nico en Lena, veilig hoog in de molen konden niets doen. Ze zagen nog net hoe Katje probeerde het wiegje recht te houden.
Dodelijk ongerust sprongen de ouders in de roeiboot en probeerde het wiegje te volgen. Andere dorpsbewoners zagen het voorbij drijven en konden hun ogen niet geloven. Iedere keer als het wiegje dreigde om te slaan vloog een kleine doornatte poes naar de andere kant en zorgde ervoor dat het kindje niet in het water terecht kwam. Uiteindelijk belande het wiegje op een droog stukje land en konden Nico en Anneke bij hun kindje komen.
Nico pakte Anneke en Lena… die voordien Katje haatte, pakte het doornatte en ijskoude poesje teder in haar armen en hield haar dicht tegen haar aan. Met tranen in haar ogen dankte ze haar en vanaf dat moment had kleine Katje de ereplaats in het al gauw weer opgeknapte huisje.
Toen Anneke te groot werd voor het wiegje mocht Katje daar heerlijk in slapen. Nooit meer hoorde ze ksttt ksstttt. Nee, ze kreeg de lekkerste hapje en werd vreselijk verwend. Ze had het druk. 's Morgens speelde ze met Anneke en 's middags ving ze volop muisjes voor Nico. Ze werd een vreselijke gelukkige poes en tot vandaag praten de dorpelingen over de wonderbaarlijke redding.
Ongeveer hetzelfde verhaal speelde zich af in 1953 toen de vreselijke watersnood in Numansdorp veel slachtoffers maakt. Leen Groeneweg, de man van mijn lieve vriendin Nel, vorige jaar zijn Raymonde en ik nog bij hen geweest, spoelde met zijn oude moeder en de herdershond van de familie op een matras het huis uit. Urenlang dobberden ze die vreselijke nacht rond op het ijskoude water; op een goed moment gleed Leens moeder de matras af. Wanhopig probeerde hij haar vast te houden maar uiteindelijk moest hij haar laten gaan. Leen hield het niet veel langer vol en viel, min of meer bewusteloos door de kou en het verdriet, op de matras neer. Het is alleen aan de herdershond te danken, die ervoor zorgde dat de matras in evenwicht bleef door steeds naar de hoge kant te lopen, dat Leen er niet afviel. Uiteindelijk botste de matras tegen een hooimijt op en kon Leen daarin kruipen. De volgende dag zagen reddingsploegen de wanhopig blaffende herdershond rond de hooimijt lopen en vonden de totaal verkleumde Leen. Echt waar gebeurd.. Ja not all angels have wings…!