Lente!

 

Ja hoor, het begint! Heel aarzelend komen de eerste sprietjes boven. Sneeuwklokjes! Hoe dapper zijn die toch. Met hun lieve witte hoofdjes kondigen ze het einde van Koning Winter aan. De krokusjes zijn er ook al. Geel en paars. En een paar paasbloemetjes hebben al knoppen. Er is een speciale struik in de tuin die altijd heel vroeg is. Heerlijk om naar de groene puntjes te kijken. Allemaal tekenen van de lente. Maar … om de een of andere reden zijn die ‘laatste loodjes’ van de koude, donkere dagen toch nog het zwaarste. En ja, het is wel waar dat we al weken de zon niet gezien hebben.

 

Pudje en ik verlangen er zo naar weer heerlijk samen op het grasperkje te lezen en zonnen. Nog een goede maand en het kan misschien. Wat een zalig idee. Het is wel al veel langer licht en de vogels zingen weer meer lenteachtig. De zanglijster is nu veel te horen. Het mooiste vind ik de duiven die zo heerlijk koeren. In Numansdorp had ik een hele oude kastanjeboom voor mijn slaapkamerraam staan. Dat was een van de eerste geluiden die ik als baby hoorde, het koeren van de duiven. Nog steeds geeft me dat een ‘alles is goed’, een ‘veilig, nostalgisch’ gevoel.

 

Dit jaar zijn er ook veel staartmeesjes. Meestal een teken van koude. Laat het niet waar zijn dat we nog vorst krijgen! Ganzen hoorde ik ook gisteren. Wij hadden in ons bedrijf, de Ambachtsheerlijkheid Cromstrijen, duizenden ganzen die in de winter kwamen foerageren. Een machtig geluid. Ganzen zijn zo speciaal. Ik had een tamme gans, Gakje, die mee aan de riem ging wandelen. Van mama mocht Gakje mee naar binnen, mits ik een luiertje omdeed. Op een gegeven moment vloog Gak met de wilde ganzen mee naar het Noorden. Ik dacht dat ze voorgoed weg was en ik was ontroostbaar. Een half jaar later, toen ik in de tuin speelde, hoorde ik een gans roepen. Gak? Ik riep en riep… een klein stipje werd groter en groter en met een blije roep vloog Gakje naar me toe en landde voor mijn voeten. We omhelsden elkaar en ze wreef haar nekje tegen mijn wang. Oh, wat waren we beiden blij weer bij elkaar te zijn! Mijn vader had Gakje in de broedmachine uitgebroed en ze zag mij als moeder. Ze is ook nooit meer weggegaan. Blijkbaar wilde ze één keer die grote reis maken. Wij hadden een grote sloot rondom de tuin lopen en daarin zwommen veel eenden, een paar half wilde ganzen en zwanen. Ik had een heerlijke jeugd.

 

Mickje wordt nog steeds knuffeliger. Zo schattig! Ze kruipt zowat in me, als ik in de zitkamer bij haar en Pudje zit. Wat een ongelooflijke hoeveel liefde heeft ze toch! En wat genieten we ervan, als we zo gezellig bij elkaar zitten. Mickje is ook zo’n vrolijk, gelukkig poezenmeisje. Dat komt waarschijnlijk ook omdat ze zo’n vreselijke tijd gehad heeft, voor ze bij ons kwam. Ze is zo dankbaar, ons lieve Mickje. Maar ik ben net zo dankbaar dat ze bij ons is.

 

Donsje heeft geleerd te dansen! Echt waar. Ze maakt, als een volleerde ballerina, pirouetjes als ik een stukje kipwit boven haar hoofdje hou. Het is zo mooi om te zien. Jammergenoeg kan ik dat niet zelf fotograferen, maar toen de mama’s van Kater Stappertje hier waren, maakten die prachtige foto’s ervan. Ik ben heel trots op Donsje. Ze kan echt alles leren en ze vindt het ook zo leuk.

 

         

 

Ik vertelde vorige keer dat Chummeke vorige zomer, op een hele warme dag, ineens door zijn achterpootjes zakte. Dokter Liliane hoorde een hartruis en schreef Fortikor voor. Dat is een fantastisch medicijn tegen hart en nierproblemen. Wat was ik geschrokken! Chummeke reageerde gelukkig goed op het medicijn. Maar als een donkere wolk hing mijn onrust over hem toch boven mijn hoofd. Alleen een echo kon uitsluitsel geven wat er precies aan de hand was.

 

Omdat Chummeke echt kan panikeren durfde ik dat onderzoek niet goed aan. Ik wilde in ieder geval wachten tot de Fortikor - hij krijgt iedere morgen een half tabletje van 5 mg - zijn werk had kunnen doen. Chummeke is nu, God zij dank, helemaal goed. Hij speelt en voelt zich prima. In overleg met Dokter Liliane zijn we deze week naar Dr. Schrauwen in de Plantijnkliniek te Antwerpen geweest. Wat een lieve en kundige arts! Hij heeft zelf twee Britjes en hij was zo lief voor Chummeke. Gelukkig hoefde Chum niet onder narcose. Mijn lieve vriendin Gerda reed met ons mee. Wat een schat is ze toch! Ik ken de weg niet in Antwerpen en parkeren is ook moeilijk. Samen sta je toch veel sterker.

 

Precies op tijd mochten we binnen. Chummeke drukte zich helemaal plat op de behandeltafel en keek met zijn prachtige gouden ogen smekend naar de dokter: ‘Alsjeblieft, doe me geen pijn. Ik ben zo bang!’ Dokter Schrauwen sprak rustig tegen hem; ik zag dat zijn angst minder werd. Natuurlijk was de diagnose van Dokter Liliane goed. Chummeke heeft een vergroot hartje. Het Linker Ventrikel is wat vergroot. Het Linker Atrium is niet vergroot, dat is goed nieuws. Links zit ook zijn hartruisje. Al bij al valt het dus mee. Ik ben zo blij, dat we gegaan zijn. Want zolang er geen echo gemaakt is, weet je toch niet precies wat er aan de hand is. Met de medicijnen en een jaarlijkse check-up kan Chummeke heel oud worden.

 

Wat had hij veel te vertellen toen hij thuis kwam! ‘Waar ben je geweest? Je ruikt anders… Jasses alcohol. Je stinkt! Wheeiiii rauw rrrrr. Je bent het toch wel? prrr?’ Zo begroette Daimke Chummeke. Met opgeheven staart en een scheef hoofdje stelde hij haar gerust. ‘Ja hoor, ik ben het echt. Maar joh, ik heb toch wat meegemaakt! Luister maar…’. ‘Brrr, jij liever dan ik!’ zei Daimke, want ze herinnert zich haar castratie nog goed. De andere pluisjes waren ook heel geïnteresseerd. Maar ze waren vooral blij dat we weer thuis waren. Alles was weer goed!

 

Al een tweetal maanden loopt er een soort kleine Noorse Boskat in de tuin. Zwart met grijze plekken en half lang haar. Een hele mooie poes. Hij is vreselijk schuw. Ik heb hem nog niet goed kunnen bekijken. Eerst wilde ik hem geen eten geven. Hij zou van iemand kunnen zijn immers. Wel liet ik de deur van het kabouterhuisje openstaan zodat hij daar kon slapen. De verwarming staat daar aan en het is er lekker warm. Vorige week ben ik toch eens wat eten gaan zetten. Het bakje was de volgende ochtend helemaal leeg. Dus het arme poesje moet uitgehongerd zijn. Ik heb een vangkooi van Gerda geleend en zal hem vangen. Dokter Liliane kan hem of haar dan nakijken. Eerst testen op Aids en Leukemie. Oh, wat hoop ik dat hij negatief is. Dan, indien nodig, zal ze hem castreren en vaccineren en ontwormen. Als hij wil mag hij in het kleine huisje blijven wonen. Hij kan wel niet bij mijn poezenkindjes komen, maar ik neem geen risico. Hij moet gezond zijn. Wordt vervolgd.

 

En het verhaal van ons Voske. Wat is hij gelukkig bij Peter. Peter is echt een schat. Maar Voske ookJ Hij is een heel bijzonder poezenkindje!

 

Eindelijk!!! Er komt een verbod op het importeren en/of het verhandelen van honden- katten- en zeehondenbont. Oh wat heerlijk! Fientje Moerman (VLD) Minister van Economie en Buitenlandse Handel, Freya van den Bossche (S.P.A) Minister van consumentenzaken en Rudy Demotte (P.S.) Minister van Dierenwelzijn hebben dat beslist. Ook zal het verplicht worden producten die van bont gemaakt zijn te voorzien van een etiket. In Italië was honden en kattenbont al verboden, maar België is wel het eerste land in Europa dat zeehondenbont verbiedt. Fantastisch!!! GAIA is ook zo blij.

 

In het prachtige clubblad van Belgicat, Katten en kittens, staat het volgende stukje:

 

‘S.P.A Politica Magda De Meyer wil een nieuw universeel recht invoeren: het recht om een gezelschapsdier te houden, waar iemand ook verblijft. De Meyer heeft daarmee psychiatrische tehuizen, bejaardenhomes, ziekenhuizen en appartementsblokken op het oog, waar de bewoners dus het recht zouden moeten krijgen om er een huisdier op na te mogen houden. Vrijwel nergens is zoiets het geval en moeten bejaarden of zieken hun poes of hondje afstaan. De politica heeft er een resolutie over geschreven die ze bij de kamer heeft ingediend. ‘Overwegende dat honden en katten onvoorwaardelijke liefde schenken, geen onderscheid maken tussen jong of oud, gezond of ziek’. schrijft ze  poëtisch in de toelichting. De Meyer verwijst naar Nederland waar zevenhonderd rust- en verzorgingstehuizen huisdieren toestaan en naar Frankrijk, waar enkele instellingen er katten en honden op nahouden. (LVDK)

 

Tot zover het stukje in Belgicat. Oh, wat zou dat prachtig zijn als dit erdoor kwam!

 

Ook verzamelt de Dierenbescherming en Natuurvrienden V.Z.W. te Zemst door middel van een petitie, handtekeningen om de Vlaamse Regering er toe te bewegen de bestaande en nieuwe dierenasielen meer middelen ter beschikking te stellen. Slechts op die manier kunnen de dierenasielen de door de Overheden opgelegde taken naar behoren uitvoeren. Er bestaat immers een rechtstreeks verband tussen de dierenasielen (en hun taken) en de veiligheidsproblematiek.

 

De ondertekende petitie formulieren zullen overhandigd worden aan de voorzitters van de Vlaamse Politieke partijen met de bedoeling ons hun partijstandpunt schriftelijk kenbaar te maken voor 1 juni 2004. De resultaten zullen aan de media meegedeeld worden. Op deze manier kan de kiezer-dierenvriend zijn of haar stem schenken aan de politieke partij die voorgenoemde problematiek wil erkennen en zich wil verbinden tot het vrijmaken van eerder voornoemde broodnodige middelen voor de dierenasielen in Vlaanderen!

 

Alle informatie is te verkrijgen bij:

 

Dierenbescherming en Natuurvrienden V.Z.W. Zemst

Driesstraat 113

1981 Zemst-Elewijt

Tel: 015-61.25.73

GSM: 0477-88.16.81

Email: dierenhaven@hotmail.com

 

Of bij mijn vriendin Chris Collier GSM 0477-88.16.81. Zij werkt voor hen. Chris heeft een zeer ingenieuze poezenren gemaakt voor haar drie pluisjes. Ga maar eens kijken bij ‘gemengd nieuws’. Echt heel mooi.

 

Voor wie mee wil helpen handtekeningen te verzamelen - en dat zou echt heel geweldig zijn - de formulieren zijn op de bovenstaand adressen te krijgen. Bij voorbaat heel veel dank.

 

En nog een klein Poezenweetje:

 

Uien en aanverwante gewassen zijn niet goed voor katten. Ze kunnen er haemolitisch anemie van krijgen. Bloedarmoede!

 

Heel veel lieve spinnende prrrroetjes van ons 7tjes en de hondjes. Dat de lente maar gauw kome mag! Purrr purrr. Zon op onze velletjes. Heerlijk!

 

 

Tommy

 

Ja, we hebben er een poesje bij. Gisteravond ging ik kijken in het kleine huisje. Heel voorzichtig liep ik naar boven. Ik had me al aangewend om altijd even zachtjes te Prrr-en als ik naar boven liep om eten te geven. Zo ook gisteravond. Hij zat in de vangkooi, de mooie kleine Boskat. Hij heeft enorme grote groene ogen. Daarmee keek hij me verdrietig en wat verwijtend aan. ‘Zie je wel! Ik wist het! Tweebeners kun je niet vertrouwen! Maar ik dacht dat jij anders was. Jij praatte zo lief met me en ik ging je net vertrouwen en nu… nu zit ik vast. Wat ga je met me doen?’ Dat las ik in zijn oogjes en ik kon niets anders doen dan heel zachtjes met hem praten en zeggen dat het allemaal goed zou komen. Maar zou dat zo zijn?

 

Het was naar dat hij de hele nacht in de kooi moest blijven maar dat kon niet anders. Als hij nu maar negatief testte, dan was het allemaal niet erg. Maar stel dat… gauw zette ik die gedachten van me af. Gedachten kunnen dingen, waarheden worden, daarom moet je altijd proberen alleen maar positieve dingen te denken!

 

Vannacht sliep ik niet veel. Mijn gedachten gingen naar het arme poezenkindje in de kooi en ja, ook tijdens mijn dromen was ik bij mijn zwervertje. Om 8 uur belde ik dokter Liliane. ‘Kom nu maar’, zei ze gelukkig. Nu zou het gauw gaan. Eddie ging mee en we mochten erbij blijven. Ik dacht het al geroken te hebbenJ ons poesje was een mooi ‘heel’ katertje. Ter plekke doopten we hem Tommy. Och arme, zijn vachtje zat vol vieze klitten en teken. Ja, hij heeft een half Persische vacht. Wat een schandaal hem dan te dumpen, want dat dat gebeurd is is wel zeker. Anders had hij geen maanden hier rondgelopen zonder eten te krijgen. Hij is nog maar een goed jaar oud. Heeft een mooi gebit en is helemaal gezond. Uiteraard zijn de testen negatief. Ik ben zo intens blij.

 

Nu ligt hij rustig bij te komen in het kleine huisje. Ik heb hem rescue gegeven. Over een paar uur zet ik het hokje open en mag hij in de kamer lopen. Ik hou hem zeker een weekje binnen en hoop dan maar, dat hij blijft. Maar hoe dan ook, hij is zijn rijbewijs kwijt. Kan geen kindjes meer maken en zal ook niet meer vechten en sproeien. Zijn taak zal zijn de kaboutertjes in het huisje te bewaken. De muizen en ratten te vertellen hun heil elders te zoeken en andere katten, die in de tuin willen komen, te vertellen dat we nu met velen zijn en dat het beter is, als ze een omweggetje maken.

 

Ons Tommeke!

 

En ook al had ik mijn handen wel zes keer gewassen met hibiscrub en andere kleren aangetrokken, de pluisjes kwamen allemaal snuffelen. ‘Waar ben je geweest? Je ruikt naar een katerke? Je bent toch niet ontrouw geweest? Prr, purrrr.’ Zo wonderlijk hoe ze echt alles weten. Ik hoop zo dat Tommy een heel lang gelukkig leven mag hebben.

 

Hij zal wel heel schuw blijven en ik denk niet dat hij ooit binnen zal willen komen maar hij kan een heerlijk leven bij ons hebben. Ik vind niet dat je een zwerfpoes mag aandoen hem binnen te houden als het niet helemaal nodig is. Toen met Luckje mislukte het ook. Tommy is heel schuw en dat is een groot voordeel voor een poes die losloopt.

 

Enne, een mooier verjaardagscadeau had ik niet kunnen krijgen. Tommeke is gezond!

 

Een paar dagen later…

 

19-2 Zo gauw Tommeke goed wakker was mocht hij uit de bench. Ik zette het deurtje open en nam gauw nog wat foto’s. Als hij dadelijk vrij is, zal dat niet meer gaan. Oh, wat heeft hij prachtige groene ogen. Net zo mooi als die van Mickje. Hij lijkt ook wat op haar. Ik heb hem verteld dat hij nog een paar weekjes boven in het huisje moet blijven. Tot hij helemaal aangesterkt is en zijn vachtje weer wat voller geworden zal zijn. Dan mag hij los. Ik had heerlijk eten gezet en veel water. Zijn twee kattenbakken had ik gevuld met aarde want grit zal hij niet kennen. Natuurlijk heeft hij Bachrescue druppels gekregen en die blijf ik geven. Ook sproei ik Feliway in zijn kamer en wat Catnip. Meer kan ik niet doen. Overdag laat ik zachtjes de radio spelen. Het was heel spannend of hij zou gaan eten.

 

De volgende ochtend was het bakje helemaal leeg. Ook had hij goed gedronken. Wat heerlijk. Zien doe ik hem niet, maar hij kan zich daar prima verstoppen. Veel kleine hoekjes en wat oude spullen. Ideale plek om je veilig te voelen. Ik ga een paar keer per dag naar zijn huisje en praat met hem en geef wat lekkers te eten. Hij zal, op den duur, mij vergeven en weten dat mama ‘heerlijk eten’ betekent. Ik hoop zo dat hij zal blijven, maar hij mag kiezen. Ons Tommeke. Het komt wel goed met hem.